Op de lagere school werd ons geleerd hoe we netjes moesten schrijven volgens een door het onderwijs bepaalde schrijfstijl, schuin en aan elkaar, als ik me goed herinner. Ik was er niet goed in, op mijn rapport uit klas 3 staat te lezen: 'Zijn handschrift is het slechtste van de klas'. Nee, aan tere kinderzieltjes werd niet gedaan in die jaren.
Door de leraar gewenst gedrag werd duidelijk ten overstaan van de hele klas gewaardeerd, net zoals ongewenst gedrag. Zo was er een schriftje waarin wij schreven, ik vermoed voor taaloefeningen, en als we die dan af hadden dan ging je naar het bureau waarachter de leraar zat en als hij het mooi en netjes geschreven vond kreeg je een stickertje, die je zelf mocht uitzoeken.
Er waren kinderen met een schriftje volgeplakt met stickertjes en je had mijn schriftje. Ik had, zoals duidelijk vermeld in op het rapport, geen mooi handschrift, of in ieder geval niet mooi genoeg voor de leraar. En ik deed heus mijn best, want ik wilde ook best stickertjes in mijn schrift, maar niks hoor. Dat ik er mijn best voor deed was niet voldoende. Hij zag altijd wel een niet regelmatige schrijfstijl of een pen die had gevlekt, wat hij dan ook luidkeels meedeelde zodat de klas het ook meekreeg. Eén keer heb ik een stickertje mogen uitzoeken. Het feit dat ik het nu na vijftig jaar nog weet geeft al aan dat zoiets onbenulligs voor een kind heel belangrijk kan zijn.
Nu zou ik denken steek dat stickertje maar in je reet, maar als 8 jarige ben je wat minder assertief. Je bent wel plooibaar als kind en neemt dingen zoals ze zijn, dus ik heb er geen trauma aan over gehouden, al kan ik me de teleurstelling telkenmale als ik me hoopvol aan het bureau meldde nadat ik het gevoel had dat ik deze keer wel netjes genoeg had geschreven, nog wel voor de geest halen. Tot mijn grote ontsteltenis zag ik op het web dat er nog steeds 'beloningsstickers' bestaan! Die naam alleen al, alsnog komt er een trauma opzetten.
Later had ik juist een heel mooi handschrift, ik had de verplichte stijl losgelaten en een eigen schrijfstijl ontwikkeld, waarvan een leraar op het voortgezet onderwijs zei, die voor de fun onze handschriften analyseerde: "Er is geen lijn in te ontdekken, het gaat echt alle kanten op". Door mijn handschrift was ik in ieder geval niet te pijlen. Later had ik eens een gesprek met een dame van HR, wat destijds nog gewoon personeelszaken werd genoemd, en die riep op een gegeven moment uit: "Ik kan geen hoogte van je krijgen!" "Misschien wilt u dan nog wat vragen" was mijn onderkoelde reactie. Ik blijk een enigma te zijn, zelfs voor mensen wiens beroep het is mensen te kunnen doorgronden. Later was er een reorganisatie bij het bedrijf en kreeg iedereen een gesprek met iemand van personeelszaken. Ik werd bij haar ingedeeld, dat heb ik geweigerd, en heb daarbij bovenstaande reden genoemd. Vanzelfsprekend kreeg ik iemand anders en mocht ik gewoon boeken blijven verkopen.
Maar ik dwaal af, handschrift, daar wilde ik het over hebben. Na lang dus een mooi handschrift te hebben gehad, is het nu sinds we alles op de computer doen weer naatje. Tikken gaat sneller dan schrijven en mijn gedachten over wat ik wil schrijven ook, zodat het heel slordig en onleesbaar wordt. Zelfs voor mijzelf is het vaak niet meer te achterhalen wat er nou staat, dan sta ik met mijn geschreven boodschappenbriefje in de winkel en heb geen idee wat ik blijkbaar unbedingt nodig heb. Dat ik het nog geen uur geleden zelf heb geschreven en het dus niet heb opgeslagen in mijn brein wijt ik dan maar aan het ouder worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten