Afgelopen zaterdag was het een jaar geleden dat de eerste coronapatiënt in ons land werd gediagnosticeerd. Een jaar geleden! Wat vliegt de tijd. Voor mij is 9 maart de datum dat het 'echt' werd. Ik weet dat zo precies omdat het de verjaardag van mijn zus is en ik 's morgens op verjaarsvisite was geweest en besloot dat ik 's middags niet zou gaan sporten door alle berichten rondom het virus. Die avond was ook de eerste persconferentie en kwam er een paar dagen later een lockdown-light. Na een zomer zonder verregaande maatregelen en een lockdown-light light in oktober bevinden we ons nu sinds begin december in een echte lockdown met vanaf aanstaande woensdag, hoewel niet heel verstandig, enige versoepelingen.
En de dikke dame is nog niet eens begonnen met inzingen, dus dit gaat nog wel even duren. Ik merk dat iedereen het voornamelijk op zichzelf betrekt over hoe erg en vreselijk de maatregelen wel niet zijn, en als ik dat ook doe, kan ik in alle oprechtheid zeggen dat ik het eigenlijk wel lekker vind zo. Nee, natuurlijk niet het virus die onderhand in Nederland aan meer dan 15.500 mensen het leven heeft gekost en wereldwijd 2,53 miljoen, maar meer de maatregelen eromheen. Minder keuzemogelijkheden werkt blijkbaar louterend voor mij. Zoals bekend is op mijn vierkante kilometer alles te vinden wat nodig is, zodat onnodige verplaatsingen niet hoeven en met een beetje meebewegen en wat flexibiliteit kan er zoveel gewoon wel.
Zoals vrienden ontvangen, natuurlijk niet een huis vol. Aangeraden wordt om per huishouden één persoon te ontvangen. U zult begrijpen dat verzoeken bij alleenstaanden om ergens als gast te verschijnen om de sleur bij de ontvangers te doorbreken in deze tijd ongekend hoog is. Nog nooit waren we zo populair. Maar als alleenstaande kun je dus ook twee mensen uit hetzelfde huishouden bij jou ontvangen. Durf met de regels te spelen zonder ze te overtreden, dat is heel on-Nederlands. Merendeel denkt bij regels meteen aan hoe die te omzeilen, hoe je er niet aan te houden zonder gepakt te worden, etc. En in bepaalde lagen van de bevolking wordt dat zelfs als vanzelfsprekend gezien en ook aangemoedigd.
Ik denk liever in mogelijkheden in plaats van in wat er allemaal niet kan. Zo had ik gisteren vrienden Rick en Chris uitgenodigd voor een luner bij mij thuis. Een luner is een nog niet bestaand woord, maar ik wil het graag introduceren. U weet allemaal wat een brunch is, een laat ontbijt en een vroege lunch ineen. Waar een brunch een portmanteau is van breakfast en lunch, is luner dat van lunch en diner en voilà, een nieuw kofferwoord is geboren. Een late lunch en een vroeg diner ineen.
Dit alles natuurlijk met het oog op de avondklok. Normaliter zouden we gerust om 19.00-19.30 beginnen aan het diner, maar omdat zij weer om 21.00 uur binnen dienen te zijn, zijn ze wat eerder gekomen en heb ik het diner wat naar voren geschoven, zodat we een hele gezellige middag hebben gehad met een hapje en een drankje die naadloos is overgegaan in een klein maar smakelijk luner.
Gewoon zelf de slingers ophangen mensen, ook, of misschien wel juist, in tijden van pandemie met wat beperkingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten