Ik zat weer op mijn eigen kleine plekje er niet te wezen. Het was koud, want alle ramen waren eruit, en er liepen constant mannen heen en weer om van alles te doen. Ook bleek dat het zijraampje er wel uit moest, daar ging voor de tweede keer mijn 'glas in lood'-raampje, en toen de klemmetjes voor de rolgordijnen er af werden geschroefd, wat niet zou hoeven, begon ik licht met mijn mond te trekken. Vervolgens bleek dat het ventilatiesysteem vandaag, dus na het weekend, afgemaakt zou gaan worden, ook de slaapkamerkast die was ontmanteld van asbest en achterwand, werd eerst maandag aan het herstel ervan gewerkt. Ik bemerkte dat de mannen van het glas de sponningen met een witte grondverf hadden bewerkt in de keuken en in de kamer. En alsof dit nog niet genoeg was, kon mijn rolgordijntje van het keukenraam, vanwege het nieuwe ventilatierooster, niet meer teruggeplaatst worden. Het was dat moment dat er teveel tegelijk en niet volgens het voorgespiegelde gebeurde dat ik rock bottom raakte. Er zijn mensen bekend die in vergelijkbare situaties in een dwangbuis zijn afgevoerd en bij ieder gezicht die ze ontwaarde met grote ogen vroegen: 'Bent u dat grootmamma?'
Maar goed, eenmaal op rock bottom kan het alleen maar beter worden. Ik zat nog hevig te bedenken dat ik sponningen moest gaan verven en een andere oplossing moest zoeken voor het keukenraam en tevens de teleurstelling aan het verwerken dat ik het weekend helemaal niets constructiefs kon gaan doen. De laatste man was bezig met het kitten van de ramen, en ik deelde mijn deceptie met hem dat ik van de opzichter had vernomen dat er pas maandag aan mijn slaapkamerkast verder gegaan werd. "Er is nog iemand bezig hoor in de slaapkamer" zei hij. En jawel bij aankomst in de slaapkamer zag ik een jongen die net uit de kast kwam (pun intended). Hij had er weer een achterwand ingezet. "Je zou pas maandag komen" sprak ik hem op verbaasde toon aan. Dat bleek inderdaad zo, maar hij moest bij buren zijn die er niet waren, zodat ie dan maar bij mij aan het werk is gegaan.
Kijk, nu kon ik wat, de kast kon weer worden ingericht, als ook de kledingkamer en mijn slaapkamer. Ik mocht de ramen pas na een week zemen, maar diep van binnen ben ik een rebel, dus ben ik zondag met mijn emmertje langs alle ramen gegaan, want ze zagen er echt afschuwelijk uit. Levend op de rand heb ik ook de stellage beklommen die nu toch ten gunste van de werkmannen op de lanai staat, om zodoende de ramen van de kleed- en logeerkamer aan de buitenkant te kunnen zemen. Voor het keukenraam heb ik inmiddels ook een oplossing gevonden, ik ga er raamfolie op doen. En dat verven van de sponningen in de keuken, heel eerlijk, dat was ik een lange tijd terug al van plan, maar omdat ik het geen leuk werk vind is van uitstel afstel gekomen, tot nu, nu moet het wel, want het ziet er niet uit. Dus zal ik van de week mijn angst voor bouwmarkten weer eens moeten overwinnen. Ik voel me er altijd zo misplaatst tussen al die mensen die trefzeker op hun doel aflopen. Ik kan nooit iets vinden en weet ook niet hoe het allemaal heet, en als ik dan na lang zoeken met een klein stemmetje iets vraag word ik steevast met zo'n meewarige blik bekeken. Ik zal die temptatie toch moeten aangaan, ik pas gewoon de optimistische autosuggestie volgens de methode Coué toe, dan komt het vast goed.
Een heel containment in de slaapkamer. |
Een elektrisch apparaat met veel snoeren. |
Achter de achterwand van de kast blijkt zich een afvoerbuis voor regenwater te bevinden. |
Het begin van de nieuwe mechanische ventilatie. |
Zo ziet de sponning er in de keuken nu uit. 😲 |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten