maandag 13 augustus 2018

The happy prince

Christian stelde voor om met elkaar de film 'The Happy Prince' te gaan bekijken. Ik had al met een schuin oog naar deze film gekeken. Het is een film waarvoor je in de stemming moet zijn, het gaat over de laatste jaren van het leven van de schrijver, dichter, estheticus en dandy Oscar Wilde. Hij was in zijn korte leven een ware beroemdheid die zowel werd aanbeden als verguisd. Zijn hang naar decadentie en gefeminiseerde uiterlijk riep veel weerstand op en in 1895 werd hij door de vader van één van zijn liefdes, Bosie, de bijnaam van Lord Alfred Douglas, beschuldigd van sodomie, wat er in resulteerde dat Oscar werd veroordeeld tot twee jaar gevangenisstraf met dwangarbeid. Grofweg vanaf dat moment begint de film waarin je kriskras langs diverse episoden uit zijn leven gaat.

De acteur Rupert Everett had zoveel passie om dit verhaal over de laatste jaren van Oscar Wilde na zijn gevangenschap te vertellen, dat hij er tien jaar over gedaan heeft om het project op te starten. Rupert is de schrijver en regisseur van de film en speelt bovendien de hoofdrol. Al eerder speelde Rupert de rol van Oscar Wilde in de revival van het stuk 'The Judas Kiss', wat zich afspeelt in dezelfde periode als de film. Hij had geschreven toezeggingen van zijn goede vrienden Colin Firth en Emily Watson dat ze zouden meewerken aan de film als die ooit gemaakt zou worden. Ook al was het in het geval van Colin vanwege zijn inmiddels bereikte sterrenstatus niet zeker meer of hij überhaupt wel zou kunnen vanwege zijn drukke agenda, bleef Rupert mensen zeggen vooral mee te doen aan dit project want Colin Firth had al 'ja' gezegd. Uiteindelijk doen zowel Colin als Emily mee aan de film als respectievelijk Reggie Turner, één van Oscar's trouwste vrienden en Constance Wilde, de vrouw van Oscar.

De film laat een Oscar Wilde zien die zijn eigen falen observeert met een ironische afstand, koelheid en toch ook humor. Zijn welbespraaktheid blijft intact zelfs als hij moet bedelen om geld. Door de hele film heen komen citaten en oneliners uit zijn toneelstukken en verhalen voorbij, waarbij het sprookje wat de film z'n titel heeft gegeven door heel de film heen verweven is. Heel sporadisch zijn er wat echo's te zien uit de inmiddels verloren gloriejaren van Oscar, maar de nadruk ligt vooral op het bannelingenbestaan welke hij nu leidt. Rupert speelt hem subliem, en zeker niet als een aardige man, maar als een zelfdestructieve, onuitstaanbare narcist, die zo graag de dandy wil blijven die hij allang niet meer is. Toch ontkom je niet aan het feit dat deze teloorgang mede veroorzaakt is door zijn homoseksualiteit wat in die tijd als iets afschuwelijks gezien wordt. Na zijn arrestatie in 1895 heeft hij zijn zoontjes Cyril (1885-1915) en Vyvyan (1886-1967) nooit meer gezien. Volgens de autobiografie van Vyvyan was Oscar 'een liefdevolle en toegewijde vader voor zijn zoontjes en hadden ze een relatief leuke kindertijd'.

Uiteindelijk sterft Oscar berooid in een troosteloos appartement in Parijs op 30 november 1900 op 46 jarige leeftijd aan de gevolgen van hersenvliesontsteking, met aan zijn bed zijn twee dierbaarste vrienden Reggie Turner en Robbie Ross (Edwin Thomas). Robbie was Oscar's literaire executeur, en gaf diens zonen alle rechten op hun vaders werk. In 1950, op de herdenking van de vijftigste sterfdag van Oscar Wilde, werd de as van Robbie bijgezet in Oscar's tombe op de begraafplaats Père Lachaise in Parijs.

Oscar Wilde.

Rupert Everett als Oscar Wilde. 

Colin Firth (Reggie Turner) en Rupert Everett (Oscar Wilde)

Colin Morgan (Bosie) en Rupert Everett (Oscar Wilde).

Edwin Thomas (Robbie Ross) en Colin Firth (Reggie Turner).



Geen opmerkingen:

Een reactie posten