Mijn vader was iemand die hield van gezelligheid. Als er wat te vieren was, dan werd dat ook gevierd. Verjaardagen, feestdagen, huwelijksdagen, jubilea, kortom als het maar leek dat iets het waard was om met luister te worden bijgezet, dan werd daar niet te lang over nagedacht en er was feest.
Geen wonder dat hij ook lid was van een carnavalsvereniging, 'Ons Brabant', waar hij naast penningmeester ook lange tijd lid was van de raad van elf. Vanaf november, ik meen het halfvastenbal, tot aan de carnavalstijd in februari waarde de carnavalsstemming door het huis. De jaarlijkse lp met carnavalsmuziek werd gekocht, er was natuurlijk de opmaat naar de optocht door de stad en de vereniging hield door het jaar heen ook kienavonden. Bingo op een klein schoolbordje met cijfers en een krijtje. Ja, mensen, ook ik heb als kind verkleed meegedaan aan die jolijt, ook ik heb in de polonaise gelopen. Ik zou er nu niet meer aan moeten denken, maar toen vond ik het geweldig leuk.
Mijn moeder hield ook wel van gezelligheid, maar minder intens dan mijn vader. Verjaardagen bij ons thuis werden uitgebreid gevierd, met visite vanaf 10.00 uur 's morgens tot in de late uurtjes. Er werden stoelen gehuurd en de inrichting van de kamer werd aangepast. U kent dat wel of u heeft er wel eens over gehoord: sigaretten in glaasjes op tafel, want er werd wat afgerookt in die jaren. Mijn vader bakte op veler verzoek zijn beroemde tulbanden voor bij de koffie. Er werd gedanst en, jazeker, ook hier werd de polonaise gelopen, vanuit de achterkamer het balkon op om via het kleine kamertje via de gang weer in de huiskamer te komen. Als het moment kwam dat de dag over ging in de avond er er was gegeten, meestal brood met zelfgemaakte soep en een eigengemaakte kartoffelsalade, werd het mijn moeder steevast wat te veel. Zij ging dan met oom Ton, de man van haar zus Jopie, met de auto even naar Kijkduin om uit te waaien om weer terug te komen als alles was afgeruimd en opgeruimd en de avond kon worden ingegaan om verder te vieren en te feesten
Ik heb wel eens gedacht dat mensen van de generatie van mijn ouders, die als pubers de oorlog hebben meegemaakt, het leven erna extra hard hebben moeten werken om alles weer op te bouwen en vanwege de crisis die eraan vooraf ging en de vijf jaar oorlog júist als er een mogelijkheid voor een feestje was dat met beide handen aanpakten. Gewoon omdat het kon en mocht. Het leven letterlijk vieren.
Ik ben duidelijk een kind van mijn ouders. Dus echt een mix van mijn vader en moeder, waarbij ik, wat dit betreft, meer naar de kant van mijn moeder neig. Gezelligheid, jawel, maar met wat restricties. Wat voor mij vooral belangrijk is, niet met teveel mensen, kleine groepjes of één op één is het credo. Dus geen grote feesten, maar meer etentjes, daagjes weg of een filmavondje. Mijn verjaardag vier ik al zo'n dertig jaar niet meer, omdat ik, net als mijn moeder, een heel huis vol niet trek. Mijn moeder hield rekening met de rest van het gezin, dat hoef ik in mijn geval als ba'er niet. En oom Ton is er helaas ook niet meer om even met me te gaan uitwaaien.
Die hele generatie van feestende familieleden waarbij ieders verjaardag uitbundig werd gevierd is er niet meer, maar wat een intens fijne herinneringen heb ik er aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten