maandag 29 mei 2023

Klassiekers met Kleinsma

Van de week keek ik naar de eerste aflevering van het nieuwe seizoen van 'Klassiekers Met Kleinsma', waarin Simone Kleinsma collega's ontvangt en ze samen een reis maken door jaren theater-, tv- en kleinkunstgeschiedenis. In de eerste aflevering was Loes Luca te gast en altijd zingt Simone een liedje voor haar gast wat ze toepasselijk vindt. Bij haar aankondiging van het liedje wat ze voor Loes had uitgezocht, voelde ik al waar het heenging. Het klopte, ze ging het liedje 'Wonderlijk' zingen geschreven door Frans Mulder en Bernd van den Bos. Dat liedje heb ik haar horen zingen in het theater en dat kwam nogal binnen. Nu bij voorbaat voelde ik mijn oogjes al branden en ja hoor, zoals Simone het zingt, die prachtige tekst, kwamen de traantjes weer.  

Ik had ooit de tekst van dit liedje al eens gepost, en na dit programma werd dat blogje weer veel gelezen door mensen die er via een zoekopdracht op zijn gekomen. Het wonderschone nummer raakt dus meer mensen. Daarom vandaag nog maar eens geplaatst: 

Wonderlijk


Toen ik in het theater zat bij de voorstelling van Simone Kleinsma en ze dit lied, 'Wonderlijk', inzette, voelde het alsof ik helemaal alleen in de zaal was en ze het alleen voor mij zong, zo kwam het binnen. Het was bij mij nog niet zo lang geleden toen, en het kan zomaar zijn dat ik een traantje heb weggepinkt. De kracht van woorden op muziek en het vermogen om het recht in de harten van het publiek te zingen.

Wonderlijk

Ik, in m'n jas, achter glas
op een lente-terras
want de wind was nog kil
op die dag in april
dacht ineens: Daar loopt mam
wat wonderlijk.

Jij, jij bleef even staan
keek me door het glas aan
en de wereld viel stil
op die dag in april.
Dat is voor Amsterdam uitzonderlijk.

De mensen stonden stil
zelfs de duiven in hun vlucht
hingen als bevroren doodstil in de lucht.
Er was ook geen geluid
verdwenen was de wind.
Toen zei je door de ruit
hoe gaat het met je, kind?

Ik, ik keek je aan
zag je werkelijk staan
op de dam goed gekleed
zoals jij altijd deed
vroeg: Hoe kan dat nou mam?
Wonderlijk.

Maar voor je iets kon zeggen
werd je door licht omgeven
en kwamen met die kille wind
de duiven weer tot leven.
De trams gingen weer rijden
en ook op het terras
leek het niemand opgevallen
dat jij er even was.

Ik, ik zag weer je lach
in de lente die dag
maar ik zag het alleen
zei toen zacht voor me heen:
Het gaat goed met me mam.
Tja, wonderlijk.

© Frans Mulder, Bernd van den Bos, Simone Kleinsma


Geen opmerkingen:

Een reactie posten