vrijdag 8 juni 2018

Een zin

Het mag na genoeg bekend zijn dat, om met Paulien Cornelisse te spreken, taal zeg maar echt mijn ding is. Dat zat er niet al heel vroeg in, of misschien wel, maar heb ik het pas later ontdekt dat het zo was, dat zou kunnen, maar had ik het eerder in mijn leven ontdekt dan zou ik er misschien wat (meer) mee gedaan hebben. Voor nu ben ik via mijn blogjes dagelijks met taal bezig en daar voel ik me heel senang bij. Taal is mijn houvast, het is er altijd. Een soort trouwe vriend waarop ik altijd terug kan vallen, zoiets.

Ik kan ook met veel plezier kennis nemen van anderen die met taal bezig zijn. Schrijvers, acteurs, zangers, theatermakers, tekstschrijvers, hoe zeggen ze iets? Wát willen ze zeggen? En waarom kiezen ze deze woorden of gebruiken ze die intonatie? Als iemand die zelf schrijft weet ik dat één woord of een bepaalde zinsopbouw een wereld van verschil kan maken en dat je soms nét dat ene woord zoekt wat op het puntje van je tong ligt en wat maar niet wil komen. Voor mij werkt het dan om even weg te lopen en iets anders te gaan doen om wat lucht in mijn hersentjes te krijgen. En als het er eenmaal staat nog even wat finetunen zodat het een mooi en logisch lopende tekst wordt met een kop, middenstuk en staart. Onderwijl hopend dat ik zoveel mogelijk taalfouten heb kunnen vermijden, maar ik weet dat dat niet altijd lukt omdat ik vaak over mijn eigen fouten heen lees. 

Soms lees ik iets wat ik zo prachtig vind en wat me raakt, dat ik daar nog dagen over na kan denken. Ik had het gisteren toen ik een zin las geschreven door Facebookvriendin Bo. Bo heeft onlangs haar eerste boek voltooid dat binnenkort uitgegeven zal worden, maar wat ik las was een zin uit het derde gedeelte van een drieluik getiteld "In de schemering van de werkelijkheid". Het gaat over, zoals ze het zelf noemt 'een twijfelachtig jubileum' 21 jaar met en 21 jaar zonder haar moeder, waarin ze beseft dat de jaren zonder haar moeder vanaf nu alleen maar gaan toenemen.

Zoals gezegd heb ik enkel het laatste gedeelte kunnen lezen, het is prachtig en heel beeldend geschreven. Ik werd meteen het verhaal ingezogen, en de volgende zin kwam denderend bij me binnen: 

"Je zult teruggaan naar de plek waar je opgroeide en niet begrijpen waarom je niet langer je huis binnen kunt, terwijl het kind in je er nog steeds de sleutel van heeft."

Herkenbaar, confronterend, ontroerend, mooi en verdrietig tegelijk. Bij mij kwam niet enkel mijn ouderlijk huis in gedachten waar ik nog ieder plekje van ken en zo kan oproepen, maar ook al die andere plekken uit mijn jeugd, school, de nu zo veranderde buurt waar ik opgroeide, de huizen van familie en vrienden die er al lang niet meer wonen en meer plaatsen waar ik de sleutel nog wel van heb om er in gedachten rond te dwalen maar waar ik fysiek nooit meer naar binnen zal kunnen gaan.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten