vrijdag 16 februari 2018

Ja tenzij...

Omdat het kaartje blind jarenlang van portemonnaie naar portemonnee is gegaan wist ik niet meer hoelang ik al ben opgenomen in het donorregister, maar dat blijkt, bij nadere inspectie, sinds 24 augustus 1998 te zijn, ik heb zelfs een registratienummer, dat wist ik niet meer. Ik kan me nog herinneren dat er in die tijd een campagne was om jezelf als orgaan- en weefsel donor te registreren. Mijn dierbare vriend Robert was toen in Nederland, een gerespecteerd dokter en onderhand professor uit Canada, die op dit moment hele mooie en belangrijke dingen doet op het medische vlak in Manchester, en ik heb er met hem toen uitvoerig over gesproken. En die inhoudelijke aanvulling op de campagne hebben mij toen doen besluiten om mij als orgaan- en weefseldonor te registreren.

Van de week was er naast weer de zoveelste VVD'er die het veld moest ruimen, ook een succes te horen uit de politieke arena. De door Pia Dijkstra van D66 geïnitieerde wet dat iedereen in Nederland vanaf 18 jaar automatisch donor is, tenzij je aangeeft dat niet te willen is aangenomen. Nederland zet hiermee een goede stap in de 21e eeuw en staat wat deze wet betreft gelijk met o.a België, Frankrijk, Spanje, Oostenrijk, Finland, Zweden, Italië en nog 10 andere Europese Landen. De wet gaat natuurlijk niet meteen in, want er zal zo'n twee jaar lang uitgebreide voorlichting komen, zodat zo ongeveer in 2020 iedereen donor is, tenzij je aangeeft dat niet te willen. Je kiest ja of nee of je laat de keuze over aan de nabestaanden of aan één specifiek persoon. Kies je niet dan ben je dus orgaan- en weefseldonor. Zo eenvoudig is het.

Het is zo'n persoonlijke keuze dat die laatste twee opties je je nabestaanden toch wilt besparen lijkt me. En omdat het zo persoonlijk is, is er ook geen goed of fout in welke keuze je ook maakt, je hoeft het zeg maar niet eens te verantwoorden aan anderen waarom je 'ja' dan wel 'nee' zegt, maar sommigen vinden dat ze dat toch moeten doen, wat hilarische uitspraken tot gevolg  heeft van zowel de ja- als neezeggers.

Er is een dame die weet dat ze in de toekomst een donornier nodig zal hebben, en daar ook zeker gebruik van gaat maken maar zelf donor zijn wil ze niet want dat vindt ze een 'eng' idee. Ik word heel vrolijk van zulke redenaties. Zo kan ik ook met verbazing lezen dat mensen graag donor zijn, maar niet voor..... en dan komt er een hele rij aan mensen aan wie zij niet wensen te doneren. Kies dan gewoon voor geen donor zijn. Het meest hilarische is dat er mensen zijn die niet willen doneren aan mensen die zelf geen donor zijn. Je bent dood! Wat kan jou het schelen je redt of verlengt een leven van iemand. Ik zou het persoonlijk geweldig vinden als iemand die nu met schuim op de lippen deze wet te vuur en te zwaard verkettert met een onderdeel van mij weer kwaliteit van leven heeft, of een enorme homofoob die na transplantatie de wereld door mijn netvlies zal kunnen bekijken, dat is toch humor.

Het enige wat ik niet helemaal snap, stel dat je bewust hebt gekozen voor donorschap, dan kunnen alsnog de nabestaanden het tegenhouden. Dat, terwijl in onze cultuur de laatste wil van iemand zo'n groot goed is, waar men doorgaans uit respect voor de dierbare overledene gehoor aan geeft. Maar in het geval van orgaan- en weefseldonatie blijft er voor de nabestaanden de mogelijkheid bestaan tegen die laatste wil in te gaan.

Ik ben me bewust dat ik in die hele donordiscussie maar weer eens tot de buitencategorie hoor. Ik ben dan wel orgaan- en weefseldonor, maar ik zou zelf geen ontvanger willen zijn van organen en/of weefsels. Ik vind voor mezelf, en laat ik extra duidelijk zijn dat het enkel voor mij persoonlijk geldt en ik het op geen enkele wijze als norm wil stellen, dat als lichaamsfuncties dusdanig gaan uitvallen dat er donatie nodig zal zijn, mijn lichaam gewoon aangeeft dat het klaar is en ik dat moet accepteren. Dit heeft natuurlijk ook met mijn leeftijd te maken en hoe ik daar, wederom persoonlijk, tegenaan kijk. Ik heb vijftig altijd als ijkpunt gezien waarop, voor mij, het leven voltooid is. Alles erna is extra en aanvaard ik in dankbaarheid. Ik ben dus niet levensmoe, en er hoeven geen hulptroepen gemobiliseerd te worden, ik geniet met volle teugen van de, in mijn ogen, extra tijd. Zo heb ik altijd gedacht en toen ik de leeftijd van vijftig bereikte veranderde dat niet. Nogmaals ten overvloede; dit geldt voor mij persoonlijk. Het is net zo persoonlijk als er voor kiezen wel of geen donor te willen zijn.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten