Mark Rutte had mij zondag gebeld, de laatste keer was bijna zeven jaar geleden. 'Meneer Aidan', begon hij, 'U weet dat uw blog door iedereen hier in de Kamer wordt gelezen en dat met name uw blogs betreffende de pandemie en onze acties hierop door zowel kabinet als oppositie als referentie dan wel munitie worden gebruikt en we ons beleid hier mede op baseren. Het is voor ons van het grootste belang hoe de eenvoudige mens m/v er tegenaan kijkt.' Vervolgens vertelde hij dat er het plan was geweest om mij afgelopen zondag op het Catshuis uit te nodigen omdat bij het chronologisch lezen van mijn blogs betreffende het coronavirus en het Nederlandse beleid daarop naar voren kwam dat zij heel wat steken hebben laten vallen, en er graag met mij over van gedachten zouden willen wisselen. Maar een collega had terecht opgemerkt dat ik al sinds maart niet met het openbaar vervoer reis, vandaar dit telefoontje.
Hij wist mij te melden dat ze het erover gingen hebben om het land nu dan toch in een complete lockdown te zetten. Hoe ik daar tegenover stond. 'Negen maanden te laat, maar toch zeker bij de tweede piek in oktober had u er voor moeten kiezen', was mijn antwoord. Ja, dat had hij al uit mijn blogs opgemaakt en terugkijkend zag hij ook wel in dat het, zeker bij de tweede piek, niet erg handig was geweest om vertrouwen te houden in de eigen verantwoordelijkheid van de mensen, waarbij hij haastig zei dat de meesten juist wél heel serieus met de maatregelen omgingen maar een te grote groep niet. 'Wat u ook al in uw blogs had geconstateerd'. Dus ja, ik wist zondag al wat u gisteren middels de toespraak te horen zou krijgen en nee, ik was het niet die het eerder die dag heeft gelekt.
'Hou er rekening mee', bereidde ik hem voor, 'dat het juist degenen zijn die zich niet aan de maatregelen houden en met veel misbaar en gedoe er bij elke gelegenheid over ventileren precies degenen zijn die weer moeilijk gaan doen over deze complete lockdown, waar zij, ironisch genoeg, mede voor verantwoordelijk zijn. En dat wij die het belang er al die tijd al van in hebben gezien het zonder morren zullen dragen'. 'Ja', antwoordde hij enigszins gelaten met een wat vermoeide stem, 'daar ben ik inmiddels ook achter'. Tijdens zijn toespraak waren een aantal verstandelijk beperkten die het nog maar eens illustreerden.
Ik hoorde een vrouwenstem wat roepen op de achtergrond. 'O ja', zei Mark 'mevrouw Kaag wil weten of u als laagopgeleide opererend aan de onderkant van de arbeidsmarkt weet hoeveel een halve liter melk kost.' 'Melk is voor babydieren en baby's, geen enkele volwassene zonder of uit de kleine kinderen heeft enig idee, Mark', antwoordde ik hem. Hij zou het aan haar doorgeven.
Ik wenste hem veel succes en sterkte en stelde hem voor om deze boodschap vanuit het torentje te doen in plaats van de gebruikelijke wijze waarop de persconferentie normaliter wordt gehouden. Hij zou het in overweging nemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten