Toen mijn vader in 1954 in de Hellendoornstraat in Den Haag ging wonen, woonde in hetzelfde portiek de familie Nijssen. Tante Stien en ome Gerard en hun twee zonen, ik heb in mijn jubeljaar een blogje over hen geschreven en welke plaats zij innamen in ons leven. Tante Stien en ome Gerard waren de eerste bewoners van de straat en zijn nooit verhuisd.
Ik woon nu zelf sinds april 2000 op mijn huidige adres en op het galerijtje van vijf waar ik woon ben ik sinds kort ook de oudste bewoner, of beter gezegd, de bewoner die er het langst woont. Het echtpaar aan het begin van de galerij is sinds gisteren verhuisd. Zij woonden er al toen ik hier kwam. Mensen die wel eens bij mij op bezoek komen herinneren zich vast nog dat het echtpaar hun woning zeer uitbundig versierde met kerst, eigenlijk ruim daarvoor al. Dus nu dat dit jaar uitbleef had ik al zo'n vermoeden welke werd bevestigd toen ik de buurman tegenkwam en hij vertelde dat ze gingen verhuizen naar een aanleunwoning verderop in de straat.
De oudste bewoner van het galerijtje, niet van het complex, er wonen mensen die er sinds de oplevering wonen begin jaren zeventig. Zoals het er nu voorstaat ben ik ook absoluut niet van plan om te vertrekken. Ik woon er prima naar mijn zin, ben erg graag thuis, voel me er meer dan waar dan ook senang. Het is waarschijnlijk ook één van de redenen dat de beperkingen vanwege de pandemie mij niet zo heel erg raken, anders dan mensen die klaarblijkelijk niet hun rust kunnen vinden in hun eigen woning en de keuze van hun levensvorm (alleen, samen, met kinderen, etc.) en geëntertaind moeten worden met prikkels van buitenaf.
Het zal dan ook heel raar moeten lopen wil ik er niet een 'Nijssentje' van maken. Ziektes en zeertes daargelaten die het zelfstandig blijven wonen onmogelijk maken, maar daar ga ik voor het gemak maar niet van uit, onderwijl de methode Coué van autosuggestie praktiserend. Ik wil in principe hier uitgedragen worden als de tijd daar is. Dat is dan het enige waar deze woningen niet op gebouwd zijn. Ik heb mensen met hoogwerkers uit slaapkamerramen getakeld zien worden, en mijn overleden buurvrouw is met vereende krachten verticaal naar buiten gebracht. Maar ik spreek dan met mijn vader als ik daarover zeg: 'Ach, ik maak dat dan toch niet bewust mee'.
Hellendoornstraat 1954, Wij en de familie Nijssen woonden in het derde portiek van achter. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten