Tot op de dag van vandaag mag ik graag naar verhalende liedjes luisteren. Het nummer "The Snake", geschreven door Oscar Brown in 1963 is naast een leuk verhaaltje ook geweldig vanwege de metafoor waar de slang voor staat. Het lied is door verschillende artiesten op de plaat gezet met als meest bekende de uitvoering van Al Wilson uit 1968. Ik heb 'm maar eens hertaald:
De Slang
Op een ochtend op weg naar haar werk in het park vlakbij de uitgang
zag een zachtaardige vrouw een halfbevroren slang.
Zijn prachtig gekleurde huid met rijp bedekt van de dauw.
"Ach lieverd" zei ze, "Ik neem je mee en ga zorgen voor jou"
"Neem me mee oh lieve vrouw,
mee naar je huis, wees maar niet bang,
neem me in godsnaam mee" zuchtte de slang.
Ze wikkelde hem behaag'lijk in een doek van zij
legde hem bij het haardvuur neer met honing en melk erbij.
Ze haastte zich naar huis van het werk en toen ze hem weer zag
zag hij er zoveel beter uit als eerder op die dag.
"Neem me mee oh lieve vrouw,
mee naar je huis, wees maar niet bang,
neem me in godsnaam mee" zuchtte de slang.
Ze drukte hem aan haar boezem, "Je bent zo mooi" zei ze zacht,
"En als ik je niet had meegenomen was je vast doodgegaan vannacht."
Ze streelde z'n mooie huid, gaf hem kussen bij de vleet
maar in plaats van 'dankjewel', gaf de slang haar een gemene beet
"Neem me mee oh lieve vrouw,
mee naar je huis, wees maar niet bang,
neem me in godsnaam mee" zuchtte de slang.
"Ik heb je gered!" huilde de vrouw, "en nu bijt je me, onaangedaan,
je weet dat je beet giftig is en ik nu dood zal gaan"
"Oh hou je kop, dom mens" zei het reptiel vol minachting
"Je wist verdomd goed dat ik een slang was al vanaf het begin."
"Neem me mee oh lieve vrouw,
mee naar je huis, wees maar niet bang,
neem me in godsnaam mee" zuchtte de slang.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten